De reconstructie van de Keltische nederzetting Altburg is het best onderzochte en meest aanschouwelijke bewijs van hoe de mens meer dan 2000 jaar geleden ten westen van de Rijn leefde. De Keltische nederzetting Altburg is ook toegankelijk voor rolstoelen en kinderwagens.

Geschiedenis: Tot de belangrijkste voorouders van huidige bewoners van de Hunsrück behoren de Trevieren, een Keltische stam die de Hunsrück domineerde voor deze door de Romeinen werd veroverd. Om zichzelf te beschermen tegen de Germaanse aanvallen vanaf de andere kant van de Rijn bouwden de Trevieren talrijke burchten en versterkte nederzettingen in de bergen. De meest oostelijke nederzetting is de Altburg, die rond 170 voor Chr. werd gesticht en omstreeks 50 voor Chr. weer werd verlaten. Dat was dus in de periode waarin Julius Caesar zijn Gallische veroveringscampagnes beëindigde.

Nadat aan het einde van de 19e eeuw voor het eerst proefboringen werden uitgevoerd op het terrein van de Altburg, werd de nederzetting in de periode tussen 1971 en 1975 uitgegraven en uitvoerig onderzocht.

Met de nieuw verworven inzichten werd de Altburg opnieuw opgebouwd in de staat zoals in de eeuw voor Christus. Het Rheinische Landesmuseum in Trier, dat zowel het onderzoek als de reconstructie begeleidde, richtte de nederzetting bovendien in als vroeghistorisch openluchtmuseum, op een vergelijkbare manier zoals bij de prehistorische paalwoningen in Unteruhldingen aan de Bodensee.